Taalcolumn / BREAKING: nieuwe variant van het Nederlands ontdekt in Brussel!

Het is alweer een hele tijd geleden: in 2015 was ik voorzitter van de Heerlijk Helder-campagne die door het Radio 1-programma Hautekiet in het leven was geroepen. Doel was om te ijveren voor heldere taal in communicatie, gaande van de overheid tot ziekenhuizen tot universiteiten. Er liep een campagne op radio en tv, en Jan Hautekiet en ik schreven samen het boek Heerlijk helder. Weg met krommunicatie.

Vandaag heeft de Vlaamse overheid onze campagne voor een deel ‘overgenomen’ en roept zij regelmatig initiatieven in het leven die ijveren voor heldere communicatie. Het steentje in de rivier van Jan en ik is niet onopgemerkt gebleven.

Ik dacht gisterenavond terug aan de Heerlijk Helder-campagne bij een post van Luckas Vander Taelen op Twitter. Het ging om een mededeling van Osiris, dat in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zorgt voor de coördinatie van bouwplaatsen, evenementen en hinder op de openbare weg. Wat ze hier echter proberen te communiceren is me na meerdere lezingen niet duidelijk. Zet u schrap voor u dit kafkaiaans stukje tekst verorbert:

Dat dit nog kan anno 2023 in de overheidscommunicatie van de hoofdstad van een tweetalig land: het gaat mijn petje te boven.

Taalcolumn / ‘Bebi stei ye push yo oh’

Het was vorige week een vraag in De Slimste Mens ter Wereld: het liedje (hou u vast) ‘Prisencolinensinainciusol’ van de Italiaanse zanger Adriano Celentano.

De vraag was wat er dan wel zo bijzonder is aan dat nummer uit 1972. Dit is het antwoord: het klinkt als Engels maar de tekst bestaat eigenlijk uit betekenisloze fantasiewoorden. Celentano deed dit opzettelijk omdat hij zo beïnvloed was door Amerikaanse muziek dat hij het makkelijker vond om iets te schrijven in het Engels dan in het Italiaans. Zo kwam hij op het idee om een Engels klinkend lied te maken zonder dat er inhoudelijk gecommuniceerd werd. Andere bronnen op het Internet zeggen dat hij het liedje uit frustratie schreef omdat Italianen zo dol waren op Amerikaanse muziek terwijl ze er geen woord van verstonden. 

De taal waarin Celentano het lied schreef, wordt in het Engels ‘gibberish’ genoemd, ofte ‘wartaal’ of ‘brabbeltaal’. De tekst vind ik echt geweldig:

Prisencolinensinainciusol

In de col men seivuan
Prisencolinensinainciusol ol rait

Uis de seim cius nau op de seim
Ol uait men in de colobos dai
Trrr – ciak is e maind beghin de col
Bebi stei ye push yo oh

Uis de seim cius nau op de seim
Ol uoit men in de colobos dai
Not s de seim laikiu de promisdin
Iu nau in trabol lovgiai ciu gen

In do camo not cius no bai for lov so
Op op giast cam lau ue cam lov ai
Oping tu stei laik cius go mo men
Iu bicos tue men cold dobrei goris
Oh sandei

Ai ai smai sesler
Eni els so co uil piso ai
In de col men seivuan
Prisencolinensinainciusol ol rait

Ai ai smai senflecs
Eni go for doing peso ai
Prisencolinensinainciusol ol rait

Uel ai isnt no ai giv de sint
Laik de cius nobodi oh gud taim lev feis go
Uis de seim et seim cius go no ben
Let de cius end kai for not de gai giast stei

Ai ai smai senflecs
Eni go for doing peso ai
In de col mein seivuan
Prisencolinensinainciusol ol rait

Lu nei si not sicidor
Ah es la bebi la dai big iour

Ai aismai senflecs
Eni go for doing peso ai
In de col mein seivuan
Prisencolinensinainciusol ol rait

Lu nei si not sicodor
Ah es la bebi la dai big iour.

Een TikTok-gebruiker genaamd Diego Rivas (157.000 volgers!), die zichzelf ‘CEO of Gibberish’ noemt, werd populair door zijn video’s die fonetisch accurate imitaties zijn van hoe verschillende talen klinken voor mensen die de taal niet vloeiend spreken. In een interview noemde Rivas zijn onderzoek naar afasie de belangrijkste inspiratiebron voor het maken van deze video’s. Afasie is het onvermogen om de betekenis van geschreven en gesproken woorden te verwerken.

Afasiepatiënten horen echte woorden maar kunnen er geen betekenis aan geven, en Rivas wilde dit communicatieprobleem overbrengen door middel van wartaal, net als Celentano. Rivas bestudeerde en oefende zijn indrukken door te luisteren naar interviews met vloeiende sprekers en door videohandleidingen te raadplegen om de bekende geluiden en spraakpatronen van elke taal te begrijpen. Zo leerde hij hoe hij taalspecifieke zinsstructuren, accenten en andere karakteristieke eigenschappen kon nabootsen.

Tot slot een heerlijk voorbeeld van gibberish Nederlands om dit stukje mee af te sluiten: een Noorse televisiepresentator doet alsof hij Nederlands spreekt maar het is gibberish. Hilariteit alom wanneer ze er een vertaler Noors-Nederlands bijhalen die er niets van begrijpt.

Taalcolumn / Van ‘the drup in the emmer’ tot ‘that’s another cook’: weg met het steenkolenengels!

Na het plasincident ging N-VA-politicus Theo Francken afgelopen weekend alweer viraal op sociale media, met alweer, welja, een dommigheid. In een interview met een Israëlische zender hekelde hij het bezoek van premier Alexander De Croo aan Israël en Palestina. “Onze premier beschuldigt Israël van oorlogsmisdaden, maar onderneemt in eigen land geen actie om antisemitisme aan te pakken”, luidde het. Dat was volgens Francken, die het interview in het Engels gaf, ‘the drup in the emmer who is totally full’.

Ik had al moeite met de slechte Engelse uitspraak van Francken, maar dat hij ‘de druppel die de emmer doet overlopen’ letterlijk in het Engels vertaalde, was voor mij echt wel de drup in the emmer. Er is in de taalkunde een naam voor dit soort Engels: steenkolenengels. Steenkolenengels is een benaming voor zeer slecht Engels zoals dat wordt gesproken door Nederlandstaligen die het Engels onvoldoende beheersen. De term gaat terug op de hybride taal die rond 1900 door Nederlandse havenarbeiders werd gebruikt om te communiceren met de bemanning van steenkolenboten uit Groot-Brittannië. Het woord wordt gebruikt voor taalfouten in het Engels die zijn terug te voeren op verwarring met het Nederlands.

Omdat het Engels in onze maatschappij alomtegenwoordig is en we er al op jonge leeftijd mee geconfronteerd worden, denken velen dat ze het Engels goed beheersen en dat het bovendien een gemakkelijke taal is – vandaar dus het gemak waarmee Francken een Nederlandse uitdrukking letterlijk in het Engels vertaalt.

Hij is niet alleen. Zoals we Jean-Marie Pfaff hebben voor het hilarische Duits, zo is er de Nederlandse voetbaltrainer Louis van Gaal voor het steenkolenengels. Een aantal voorbeelden:

  • It’s a question of time
  • We are running after the facts
  • That’s another cook
  • One swallow does not make a summer

Sommigen op Twitter stelden dat het gemakkelijk is om te lachen met taalfouten van iemand. In dezen ben ik het daar niet mee eens: wie zoals Francken met de regelmaat van de klok klaagt over de kwaliteit van het onderwijs en zelf zo’n stomme fout maakt, mag al eens het voorwerp van spot worden. Bespottelijk was trouwens ook zijn inhoudelijke reactie, want mijns inziens heeft De Croo niets verkeerds gezegd.

Wie zijn hart wil ophalen aan nog meer steenkolenengels kan ik het boek I always get my sin (2009) aanraden. Auteur Maarten H. Rijkens over zijn boek: ‘It is clear that it can so not longer.’ En o ja, mijnheer Francken, de correcte uitdrukking is ‘the straw that breaks the camel’s back.’ Would you knoop it in your ears, please, so that you no longer lose the north when speaking English?

Als ik de liefde niet heb

Amour. Liefde. Zondag ging ik naar De Haan en zag ik dit beeld. Een meisje, of is het een vrouw, schrijft ‘amour’ in de lucht. Tegen de oneindigheid van een blauwe hemel.

Eeuwige liefde. Ik dacht dat ik die had, dat het altijd zou blijven duren, mijn hoofd op zijn borst, mijn hand in de zijne. Ik had het mis. Na twaalf jaar verloor ik alles wat ik had. Mijn zekerheid, mijn hoop, mijn leven.

Ik vond mezelf opnieuw uit. Ik leerde alleen te zijn. Stap voor stap. Na verloop van tijd leer je dat een leven alleen niet betekent dat er geen liefde voor is. Liefde is niet voorbehouden aan zij die een relatie hebben. Er is de liefde voor mijn ouders, die me alles geleerd hebben en alles voor me betekenen. Er is de liefde voor mijn beste vriendin, die heeft wat ik niet heb, maar wat zo’n voorrecht is om mee te beleven: gezinsgeluk. Er is de liefde voor mijn neefje en nichtje, die ik nog steeds ‘de kindjes’ noem, hoewel ze vijftien en zeventien zijn.

En er is de liefde voor mijn pen. Dat ik sinds gisteren weer aan het schrijven ben, betekent alles voor me. Het betekent dat het goed met me gaat, dat ik weer in het leven geloof, dat ik weer plannen maak.

Maar ik had het over de liefde. Elke maandag post ik op Twitter een gedicht. Meestal gaat het over de liefde. De mooiste woorden over de liefde vind ik in het Hooglied uit de Bijbel. Die woorden zijn mijn #kleingelukske voor vandaag. Fluister ze in het oor van iemand die u graag ziet, en projecteer ze in gedachten tegen een felblauwe hemel.

Het hooglied van de liefde: 1 Kor. 13

Al spreek ik de taal van mensen en engelen:
Als ik de liefde niet heb, ben ik niets meer dan een galmende gong of een rinkelende bel.
Al kan ik voorspellen als een profeet en ken ik al Gods geheimen
En weet ik alles wat er te weten valt, en heb ik het volmaakte geloof dat bergen verzet:
Als ik de liefde niet heb ben ik niets.

I’m back, bitches

Het is stil geweest. Hier. In mijn hart. In mijn hoofd.

Ik kom uit een zware periode. ‘Periode’: dat klinkt alvast er op zoiets een tijdslimiet staat. Zo werkt het niet. De periode waarover ik het heb, die van mijn depressie, heeft geen afgebakend einde. Nee, ik ben niet meer depressief. Ja, ik heb nog lastige dagen. Maar hebben we dat niet allemaal?

Wie mijn laatste roman Hersenorkaan heeft gelezen, weet dat ik al een keer depressief was. Nooit had ik dit gedacht: dat ik zou hervallen. Dat ik weer in het oog van een hersenorkaan zou terechtkomen. Deze keer veel zwaarder dan de eerste keer. Nooit gedacht, want had ik in datzelfde Hersenorkaan niet gezegd hoe ik uit de put klom, en had ik dus geen uitstekend recept om het tweede zwarte beest te lijf te gaan? Nee, dus. Ik maakte foto’s; ik ging naar zee; ik nam antidepressiva. De drie geheimen van mijn herstel toen. Nu was dat niet genoeg. Er kwam meer tijd dan die eerste keer bij kijken. Die wijsheid gold ook nu: geef jezelf de tijd om te herstellen.

Hersteld ben ik. Hoe weet ik dat? Wel, ik heb opnieuw oog voor schoonheid. Ik heb vooral oog voor #kleinegelukskes. Het is precies datgene wat ik u op deze plek ga brengen: #kleinegelukskes. Iets wat me ontroert. Iets wat me doet glimlachen. Iets wat ik wil delen met jullie, mijn lezers, die ik zo lang op hun honger heb laten zitten.

Vandaag is dat #kleingelukske iets wat ik zag in het stadspark van Tielt, dat mijn achtertuin is en waar ze kennelijk meededen aan #MaaiMeiNiet, vandaar de zee aan boterbloemen en madeliefjes. De madeliefjes deden me denken aan wat we er in jeugd mee deden: er een ketting mee maken. Simple comme bonjour. Een gaatje in het steeltje van een madeliefje maken en er een ander bloempje doorheen steken. Flashback naar toen: een hele dag liep ik met mijn zelfgemaakte ketting rond.

Wat zou die kleine Ann tegen de grote Ann zeggen? Hmmm. Dat het leven een bloem is? Welaan, dan. Het leven is, ge moogt gerust zijn, een madeliefje. We hangen de ene bloem aan de andere, de ene dag aan de andere, en we hopen er iets moois van te maken.

I’m back, bitches. Hersteld. Ik herhaal: omdat ik weer oog heb voor schoonheid. Maar ook: ik schrijf weer. Daarvoor heb je energie nodig, en die heb ik meer dan ooit. Daarvoor heb je ook lezers nodig, en voor hen maak ik een buiging.

Ik ben terug. U hebt lang op mij moeten wachten. Ik weet het. Om u te belonen, zult me hier de komende tijd elke dag kunnen vinden. Ik neem u mee op reis naar mijn #kleinegelukskes.

Ready, set, go.

Velcro’s

Hoewel de etmalen nog steeds even lang duren, zijn dit de kortste dagen van het jaar. Vochtige dagen, die in een hoofdkussen van duisternis lijken te liggen. Het natte asfalt katapulteert waterdruppels van mijn fietsbanden langs mijn fietslamp de nacht in: het zijn oplichtende gensters die gloeien in het donker, alsof ik de nacht las met een fosforvlam in gang gehouden door mijn pedaalslagen. Ik haast me naar huis, naar mijn kat. Naar naasten die in dezelfde duisternis hun kamers warm voor me houden. Het geringe daglicht van december laat maar weinig indrukken toe. Vandaag slechts één: een man van eind de vijftig die in de trein geduldig wacht om uit te stappen, gekleed in een confectiejas met aan zijn voeten blauwe klittenbandschoenen – velcro’s.

Ik kan me nauwelijks bedwingen om de vier flappen aan zijn voeten veelvuldig open en dicht te kritsen. Te kritsjen? Het gevoel van klittenband laat zich heel moeilijk in woorden vatten: kritsen, kratsen? Gripsen, Grapsen?  Kritsjen toch maar. Zoals velen kon ik me als kind eindeloos over mijn velcroveters verbazen. Het geloof dat die dingen daadwerkelijk aan elkaar kleefden steeds weer opheffend voor het genot van dat geluid, van de sensatie. In de schaduw van een struik een uur lang je voeten dichtgespen, zo liep de zomer toen. Ondertussen is het vijf uur. Het klittenband verzegelt mijn gedachten terwijl het donker wordt. Asvallend en nachtlassend race ik door de regen naar huis om daar bij mezelf in alle rust te partycrashen. De zetel zegt dag, de tv bromt hoi, het bed ligt wachtend op zijn rug. De rest van het jaar wil ik enkel nog meubelen strelen of mijn kat aanstaren. En hier en daar een mens heel minzaam aaien.

Zoekt u een freelance eindredacteur of vertaler Nederlands-Engels/Engels-Nederlands? Tot uw dienst!

Omdat het voor iedereen financieel zware tijden zijn, en ook omdat ik het zo graag doe, ben ik op zoek naar extra eindredactiewerk. Dat mogen losse opdrachten zijn maar ook een dag of twee ‘vast’ freelance werk in de week, met mogelijkheid tot thuiswerk. Voor meer info, cv en ervaring kunt u surfen naar de website van mijn tekstbureau http://www.tikgoud.be. Zin om samen te werken? Mail dan naar anndecraemer@gmail.com.

Mijn troeven: groot perfectionisme, taalkundige mierenneukerij, strikt respecteren van de deadline, team-player, bereid tot onderhandelen over de prijs en een grote passie voor de 26 letters van ons alfabet.

En o ja, ook voor vertalingen naar het Engels (ik ben zo goed als native speaker, gaande van ‘droge’ tot creatieve teksten, kunt u bij mij terecht. Ik heb onlangs de hele website van DPG Media naar het Engels vertaald, tot grote tevredenheid van de klant. Vertalingen van het Engels naar het Nederlands behoren uiteraard ook tot de mogelijkheden.

Wie weet en hopelijk tot hoors!

Niets dan lof voor ‘Het ei van Mastroianni’

Zo immens blij met een zeer lovende recensie door Carlos Alleene op Cutting Edge, van ‘Het ei van Mastroianni’.

“‘Het ei van Mastroianni’ is een stilistisch en inhoudelijk geslaagde verzameling columns. Een inkijk in haar fascinerend universum. Een wereld waarin De Craemer ogenschijnlijk banale gebeurtenissen, ontmoetingen met anderen, kijk- en leeservaringen, weet om te toveren tot stukjes die je tot zelfreflectie aanzetten. Bepaald geen geringe prestatie.”

De volledige recensie kunt u hier lezen. https://www.cuttingedge.be/…/ann-de-craemer-spiegelt…/

En het boek kunt u kopen in de boekhandel. 😉

Boekenkortingen!

Gisteren kondigde ik een tijdelijke korting aan voor mijn roman Hersenorkaan (zie vorig bericht). Vandaag gaan we verder met de kortingen!

Mijn debuut Duizend-en-een-dromen. Een reis langs de Trans-Iraanse Spoorlijn, niet meer te verkrijgen, literair non-fictieverhaal over onvergetelijke reis door Iran, 8 euro, incl verzendkosten. Het boek werd genomineerd voor de VPRO Bob den Uyl Prijs voor beste literair-journalistieke reisboek.

Heerlijk Helder, must voor iedereen in het onderwijs en voor iedereen die heldere taal belangrijk vindt: ook 8 euro. Het boek won de Wablieft-prijs voor heldere taal. Mail naar anndecraemer@gmail.com en we regelen het!

En tot slot: de roman die me het nauwst aan het hart ligt: Kwikzilver, het levensverhaal van mijn grootmoeder en tegelijk een ode aan haar.

Deze drie kortingen zijn niet tijdelijk en blijven dus altijd geldig.

‘Hersenorkaan’ tijdelijk aan korting!

‘Hersenorkaan’ nog niet gelezen? Vanaf morgen 5 mei tot 10 mei kunt u het aan korting inkopen. Normaal kost het 25 euro inc. verzendkosten, maar vijf dagen lang kunt u het aan 18 euro inkopen, ook incl. verzendkosten. Stuur uw mail naar anndecraemer@gmail en we regelen het!

Nieuwe columnboek sinds donderdag in de winkel!

Sinds vorige donderdag ligt mijn nieuwe boek Het ei van Mastroianni in de winkel. Het is een bundeling van de beste tachtig columns die ik tijdens mijn laatste twee jaar als columniste voor De Morgen schreef.

Zeven bekende mensen die fan waren van mijn columns, lezen telkens een stukje voor. Ik zal de komende twee weken regelmatig zo’n filmpje posten, om u nog meer zin te doen krijgen het boek te doen kopen. Het kost 20 euro en ligt in elke boekhandel.

Voor het eerste filmpje bijt filosoof Jean-Paul Van Bendegem de spits af.

Wie een gesigneerd exemplaar wil, stuurt mij gewoon een mailtje naar anndecraemer@gmail.com. Boek + verzendkosten is 25 euro. Als u mij uw adres stuurt geef ik u mijn rekeningnummer en komt het boek zo snel mogelijk uw kant op! U kan het boek voor uzelf laten signeren, of ook voor iemand die u er blij wilt mee maken.

Hoort u het ei in de pan zachtjes vallen…?

Op dit eigenste moment…..jaja…..echt wel…..spits uw oren…..hoort u dat….nog stiller……ligt mijn verzamelbundel columns op de drukpersen! Jullie gaan het allemaal vanaf 4 april kunnen lezen op een hopelijk terras – en ‘pics or it didn’t happen!’

Lezing verplaatst

Mijn lezing in Arhus, Roeselare, van 27 januari is verplaats naar 23 maart. Blijkbaar wordt Arhus ‘door de instanties’ niet als een cultuurhuis beschouwd en dus gelden andere maatregelen voor corona. Begrijpe wie begrijpen kan….

Het is ok om niet ok te zijn!

Beste lotgenoten voor wie kerst en nieuw lastige dagen zijn, nog meer dan anders;

Beste mensen, jong of oud, rijk of arm, die lijden aan een depressie en daar tijdens deze ‘vrolijke’ periode nog meer last van hebben;

Beste allemaal die een plek in mijn hart hebben omdat ze weten dat een depressie niet zomaar een ‘dipje’ is;

Het nieuwe jaar komt eraan. Ik kruip in mijn pen om te zeggen dat ik weet dat voor jullie 1 januari niet zo’n gemakkelijke dag is. Mensen wensen elkaar mooie reizen toe, en warmte, en liefde, terwijl jij het koud hebt en maar één ding wilt: dat je weer het licht kunt zien, in je hoofd en in je omgeving. Dat je wenst dat je kunt doen wat ik tijdens mijn ziekte ook zo vaak wilde: als je gaat slapen je hoofd op je nachtkastje zetten zodat je alles kunt uitschakelen: de molenwiekende gedachten, de paniekaanvallen, de angst voor de loodzware dag die weer komt. Ik weet dat je maar één ding wilt voor het nieuwe jaar: wakker worden met een helder hoofd dat je in de loop van de dag met fijne activiteiten kunt invullen.

Ik schrijf jullie om te zeggen dat dat heldere hoofd waarover je zelf controle hebt, op een dag weer het jouwe zal zijn. Want jij bént niet de depressie. Je zult niet blijven in de donkere kelder van je geest vastzitten. In die kelder waar het ijskoud is en waar je zo graag de trap naar boven wilt nemen. Maar je weet niet eens de lichtschakelaar te vinden.

Maar je kunt het, al moet ik eraan toevoegen dat je het niet alleen zult kunnen. Mensen staan tijdens deze ‘mooiste tijd’ van het jaar dichter bij mekaar dan anders, en ook jij zult moeten leren dat mensen toelaten, en hun liefde, en bezorgdheid, je een stap dichter bij het licht zullen brengen. Ik weet hoe het voelt: ik stuurde zelfs mijn eigen vader weg die zo vaak langskwam, maar na een tijd kon ik de tranen in zijn ogen niet meer aanzien en ging ik elke dag met hem wandelen. Praten, je geliefd voelen en bewegen: het zijn de eerste stappen die je zelf kunt zetten. Ik wil niet de persoon met het opgeheven vingertje zijn, maar medicatie, jezelf vertellen dat het ok is om je niet ok te voelen, en bewegen, al is het maar elke dag een wandeling van een half uur, zijn een doodsteek voor de demonen in je hoofd.

We staan straks aan het begin van een vers jaar. We maken goede voornemens en hopen op het allerbeste. Toen ik genezen was van mijn depressie maakte ik, als laatste hoofdstuk van mijn boek, een lijstje met dingen waar ik weer kon van genieten:

“Gelukjes

Zonsopgang. Zonsondergang.

Na middernacht met vrienden op een terras zitten.

Gekeuvel op een zomers plein.

De geur van een uitdovende kaars.

Zodanig hard aan koffie ruiken dat het aroma verdwijnt

Negroni.

Asperges.

Een Montblanc-pen.

Een tongzoen na een glas champagne.

Mijn lijf tegen een ander lijf.

De geur van zon op mijn huid.

De geur van aarde na een regenbui.

Kind of Blue van Miles Davis.

Krakende sneeuw onder mijn voeten.

Het geluid van mijn koersfiets wanneer ik de benen stilhoud.

Mijn collectie badeendjes.

Een uitstap naar IKEA.

De wimpers van mijn beste vriendin.

De salamanders van mijn neefje, het pianospel van mijn nichtje.

De groene ogen van mijn zus.

Mijn ouders – elk onderdeel.

Mijn poes Rachel – slapend en wakend.

Tsjip van Willem Elsschot.”

Ook ik heb nog zwarte dagen, maar dan lees ik mijn lijstje en kan ik altijd minstens één keer glimlachen. Maak voor jezelf ook een lijstje. Dingen waarvan je weer kunt willen genieten als de rook in je hoofd is verdwenen. Of dingen waarvan je weer kunt genieten nu je genezen bent. Of je nu ziek bent of genezen: deel, als je daar zin in hebt, je lijstje met minstens één gelukje onder de hashstag #lijstjesgeluk, zodat we erover kunnen praten en mekaar kunnen helpen en het taboe rond depressie in 2022 verder doorbreken.

Misschien geloof je het nog niet, maar het komt weer goed.

Vertel, als anderen niet goed weten wat ze tegen je moeten zeggen, dat ze je met deze uitspraak kunnen helpen: dat het ok is om niet ok te zijn.

Laat dat in 2022 iets zijn wat we op sociale media, die vaak een ander beeld geven dan wie we echt zijn, vaak herhalen: dat het ok is om niet ok te zijn!

Ann De Craemer

Namens Te Gek!?

Denk je aan zelfdoding en ben je op zoek naar een gesprek? Neem dan contact op met de Zelfmoordlijn (1813).

Deugddoende kerstrecensie

Een kleine maar fijne recensie van Hersenorkaan in de nieuwe Plus Magazine. Ik ben blij dat ze het over de humor hebben en melden dat het geen deprimerend boek is. Dat is het ook helemaal niet. Wees dus niet bang om het cadeau te geven aan mensen die zelf aan een depressie lijden of aan geliefden die zorgen voor iemand met de ziekte. Als er één rode draad is in het boek, dan wel die van de hoop.

‘Hersenorkaan’ in Okra Magazine

Hersenorkaan krijgt in het decembernummer van OKRA maar liefst drie pagina’s. OKRA is de grootse vereniging voorn 55-plussers in Vlaanderen en Brussel. Zelden zo fijn en empathisch geïnterviewd als door hun medewerker Dominique Coopman.

Wie met vragen zit over zelfdoding, kan terecht bij de Zelfmoordlijn op het gratis nummer 1813 en op de site www.zelfmoord1813.be.

Driewerf hoera!

Gisteren kreeg ik van mijn uitgeverij Atlas Contact het nieuws dat er een nieuwe druk komt van Hersenorkaan. Vandaag vielen de de zogenaamde ‘bewijsexemplaren’ in mijn bus.

Dat is een mooi vroeg kerstcadeau want het betekent dat al een pak mensen het boek hebben gelezen, en er hopelijk iets aan gehad hebben.

Wenst u een gesigneerd exemplaar voor onder iemands kerstboom? Dat kan perfect. De uitleg vindt u hier.

Lezing in de bib van Tielt: nieuwe datum!

Toch wat heuglijk nieuws in deze, letterlijk en figuurlijk, donkere tijden: de lezing in de bib van Tielt, die om coronaredenen werd afgelast, is verplaatst naar een nieuwe datum. U bent welkom op 21 februari om 20u. Programma: ik spreek een dik half uur over ‘Hersenorkaan’ en daarna sta ik open voor uw vragen. Er moet wel gereserveerd worden; ik laat u nog weten via welk e-mailadres.

Nog dit: het zijn harde tijden. Zorg voor mekaar. In ‘Hersenorkaan’ heb ik laten zien wat niet praten over je mentale welzijn betekent. Zoek hulp als het niet lukt. Met psychiaters en medicatie is er niets mis. En: beweeg, beweeg, beweeg, al is het elke dag maar een half uur. Zoek troost bij uw huisdier. Schrijf berichtjes naar zij die er alleen voor staan. Wees lief. Wees zorgzaam. Dan komen we er samen wel uit.

Zomaar een mededeling (of toch misschien niet)

Ik heb er een tijdje op gewacht, op de literaire doorbraak: ik schrijf sinds 2010 boeken. Maar ik denk dat ik mag zeggen dat Hersenorkaan mijn doorbraak is en daar ben ik zo intens gelukkig om. Ziehier: een positief geluid in donkere coronadagen.

Bedankt ook aan mijn fantastische uitgeverij Atlas Contact die echt het beste in mij naar boven haalde.

Het ei van Mastroianni

Alweer fijn boekennieuws: in april volgend jaar verschijnt bij de boomende uitgeverij Ertsberg een bundeling van mijn columns die ik twee jaar twee keer per week voor De Morgen schreef.

Wilt u een gesigneerd exemplaar van ‘Hersenorkaan’? Dat kan!

  1. Mijn zeer gedreven Standaard Boekhandelaar in Tielt – mijn buurman! – bedacht een eenvoudig systeem zodat u, zonder enige verzendkosten en binnen de vier dagen mijn gesigneerde boek kunt ophalen bij de SB in uw buurt. Even uitleggen.
    Zoek op http://standaardboekhandel.be naar ‘Hersenorkaan’. KIik onder ‘afhalen na 30 min’ voor ‘Ik kies een andere winkel’ en vul dan 8700 Tielt in. Postcode is belangrijk want er is ook een Tielt in Vlaams-Brabant.
    Kies dus voor de bovenste winkel.De klant doorloopt het proces van “de aankoop”. Bestaande klanten loggen in. Andere klanten kiezen om door te gaan zonder account of om er een nieuw aan te maken.
    VOORUITBETALING verplicht (19,99) want het wordt een gesigneerd en dus gepersonaliseerd boek. Laatste stap: Binnen het kwartier wordt de klant bij elke reservatie per e-mail gecontacteerd met volgende twee vragen: 1/ wat moet er in het boek komen? Gewoon naam of een opdracht? 2/ naar welke winkel sturen we dit boek op? Ik ga daarna langs bij mijn buurman om uw boek te signeren.
  2. Wie geen SB in de buurt heeft of in Nederland woont, kan een gesigneerd exemplaar ook bij mij bestellen op hersenorkaanbestellingen@gmail.com. Ik geef u het bedrag inclusief verzendkosten (voor België: 25 euro/voor Nederland 30 euro), u maakt het over en geeft me uw adres, en u krijgt het na een paar dagen thuis. Wilt u gewoon mijn handtekening of een persoonlijke opdracht voor een familielid of geliefde? Dat kan natuurlijk ook.

Muzikant Guy Swinnen en ‘Hersenorkaan’

Na thuisstad Tielt vorige vrijdag, volgt een tweede soort boekvoorstelling, in mijn geliefde Oostende. Guy Swinnen en ik praten over depressie en hij brengt ook een aantal nummers. Wees er snel bij want de interesse is groot.

Wilt u een gesigneerd exemplaar van ‘Hersenorkaan’? Dat kan!

Er zijn twee manieren om een gesigneerd exemplaar te bekomen.

  1. Mijn zeer gedreven Standaard Boekhandelaar in Tielt – mijn buurman! – bedacht een eenvoudig systeem zodat u, zonder enige verzendkosten en binnen de vier dagen mijn gesigneerde boek kunt ophalen bij de SB in uw buurt. Even uitleggen.
    Zoek op http://standaardboekhandel.be naar ‘Hersenorkaan’. KIik onder ‘afhalen na 30 min’ voor ‘Ik kies een andere winkel’ en vul dan 8700 Tielt in. Postcode is belangrijk want er is ook een Tielt in Vlaams-Brabant.
    Kies dus voor de bovenste winkel.De klant doorloopt het proces van “de aankoop”. Bestaande klanten loggen in. Andere klanten kiezen om door te gaan zonder account of om er een nieuw aan te maken.
    VOORUITBETALING verplicht (19,99) want het wordt een gesigneerd en dus gepersonaliseerd boek. Laatste stap: Binnen het kwartier wordt de klant bij elke reservatie per e-mail gecontacteerd met volgende twee vragen: 1/ wat moet er in het boek komen? Gewoon naam of een opdracht? 2/ naar welke winkel sturen we dit boek op? Ik ga daarna langs bij mijn buurman om uw boek te signeren.
  2. Wie geen SB in de buurt heeft of in Nederland woont, kan een gesigneerd exemplaar ook bij mij bestellen op hersenorkaanbestellingen@gmail.com. Ik geef u het bedrag inclusief verzendkosten (voor België: 25 euro/voor Nederland 30 euro), u maakt het over en geeft me uw adres, en u krijgt het na een paar dagen thuis. Wilt u gewoon mijn handtekening of een persoonlijke opdracht voor een familielid of geliefde? Dat kan natuurlijk ook.

Nieuw boek ‘Hersenorkaan’ is verschenen

Eindelijk kon ik deze week Hersenorkaan, waaraan ik drie jaar heb gewerkt, in handen nemen. Een gevoel dat met niets te vergelijken valt. Het boek, literaire non-fictie, gaat over de depressie die me in de zomer van 2017 te pakken kreeg. Over de donkere kelder waarin ik belandde maar vooral over de weg terug naar boven. Over fotografie, de zee en het gevecht om te genezen. Ik schreef het boek vooral voor mensen die zelf aan een depressie lijden, en voor hun geliefden. Ik schreef het ook om het taboe rond depressie, dat helaas nog steeds bestaat, mee te doorbreken. Hersenorkaan ligt sinds dinsdag in de boekhandel maar is ook online te bestellen via onder meer bol.com.

Dit weekend staat er een interview van vijf pagina’s in Zeno Boeken van De Morgen. U kunt het hieronder lezen.

De Ronde van Vlaanderen: koers is labeur met andere middelen

Coronatijden: vreemde tijden voor iedereen, en dus ook voor wie van koers houdt. We kunnen geen koers kijken, maar wel lezen.
Op Twitter volg ik al een tijd Koen Lemmens (@uwdienstwillige; hij is er nu even niet actief), die naast jurist ook een groot koersliefhebber is. Hij stuurt me regelmatig zijn parels van stukken over koers, die ik hier graag publiceer.

Koen Lemmens (1976) studeerde rechten in Brussel en Firenze. Hij doceert publiekrecht en mensenrechten aan de KU Leuven, de VU Brussel en Global Campus of Human Rights (Venetië). Cooralsnog publiceerde hij vooral vakliteratuur.

Al sinds zijn kindertijd is hij gefascineerd door wielrennen, met name de culturele dimensie ervan boeit hem. De koers, dat is toch vooral het doorvertellen van de verhalen, obsessies en bezorgdheden van de vorige generaties.

 

Ik heb een man gekend die ontzettend rijk was. Doorgaans zegt men dan zo rijk als het water diep is, maar in zijn geval zou dat enkel gepast zijn indien Deme en Jan De Nul nog snel even een paar maanden zouden gaan baggeren. Zo rijk was hij, dat in zijn keuken een Oude Meester hing, een werk zoals er wereldwijd slechts enkele in privé-bezit waren. Om maar te zeggen, hier hadden we niet te maken met iemand die op de kleintjes moest letten. In sterrenrestaurants in Europa en erbuiten was hij kind aan huis. Als hij zou willen meermaals daags zelfs. “Maar weet gij”, zo vroeg hij mij eens “waar ge de beste mosselen eet?” Zijn ogen lichtten op van pure, culinaire voorpret. “Daar!”, en hij wees in de richting van het volkscafé waar zijn arbeiders ’s middags gingen schaften, “bij Lucien van d’Elfurenmis!”. “Friet in ossenvet gebakken, mosselen in een kastrol met veel selder en juin. Beter kan niet, echt niet. Als chefs het gerecht willen verbeteren, met nobelere ingrediënten, dan”, en hier onderbrak hij even om te kijken of zijn vrouw, die zich de beschetenheid van de betere klassen wel eigen gemaakt had, hem niet hoorde, “verkloten ze – ik mag dat toch zo zeggen he ?  – het hele gerecht.” Dat zei dus een man die alleen al aan de amuse kon zeggen of hij bij Ducasse, Blanc of Troisgros zat.

Wat goed is, al is het dan simpel en volks, moet niet verbeterd worden. Hadden ze dat inzicht maar gehad bij de Ronde van Vlaanderen. Lees verder

“De Driedaagse van de Panne telt 1 dag! Nu gij”

Coronatijden: vreemde tijden voor iedereen, en dus ook voor wie van koers houdt. Gisteren zond Sporza de fijne docu ‘De Ronde 103’ uit en geregeld kunnen wielerfans op sporza.be stemmen welke klassieker van weleer ze nog eens heruitgezonden willen zien.

Op Twitter volg ik al een tijd Koen Lemmens (bio: zie onderaan dit stuk), die naast jurist ook een groot koersliefhebber is. Hij postte op Twitter een fijn stukje over de Driedaagse van de Panne, dat ik hier met zijn toestemming mag overnemen. Geniet ervan!

 

De Driedaagse van de Panne, een efficiëntie-oefening

Nog niet zo heel lang geleden, 20 à 25 jaar schat ik, werd wielrennen niet heel erg au sérieux genomen. Dat was lang voor politici, zakenlui en managers met meer tijd dan werk zich velocipedisch in de openbaarheid durfden vertonen. Koers, dat was toch eerder een zaak van mannen in rare kledij, met zo’n Ome Willem-petje op en een rare worstenhelm in de achterzak. Wielrennen dat was de affaire van mensen die Onze-Lieve-Heer de zaligheid voorspeld had. Lees verder

September

Omdat ik volop bezig ben met mijn nieuwe boek, dat gaat over de depressie waarmee ik anderhalf jaar lang worstelde, is er minder tijd om aandacht te besteden aan deze site.

Maar: er is beterschap in zicht!

Ik begin met het delen van mijn tweede column voor de nieuwe taalsite van de VRT, die u hier kunt lezen.

Naar aanleiding van het #klimaatdebat werd het een stukje over septisch en sKeptisch; de taalkundige capaciteiten van Herman De Croo; SKEPP en Jean-Marie Dedecker.

Gesigneerd exemplaar?

Schermafbeelding 2019-01-15 om 15.45.51.png

Ik krijg van lezers vaak de vraag naar een gesigneerd exemplaar van het Groot Vlaams Wielerwoordenboek. Dat kan. Stuur me een mailtje naar anndecraemer@gmail.com en ik zeg u wat u moet doen. Voor 20 euro komt het boek uw kant op.

Lampie en het GVW

Als Belgisch wielerkampioen en ‘skarter’ Yves Lampaert je pas verschenen boek Groot Vlaams Wielerwoordenboek (GVW) aanraadt, ben je een gelukkige en fiere auteur.

Schermafbeelding 2018-11-13 om 14.47.11

Het Groot Vlaams Wielerwoordenboek!

Het is een tijdje stil geweest op deze blog, maar dat komt omdat ik, samen met Michel Wuyts, een aantal maanden bezig was met de finale afwerking van ons Groot Vlaams Wielerwoordenboek. Dat ligt sinds een tweetal weken in de boekhandel en ziet er zo uit:

Wuyts & De Craemer - Wielerwoordenboek 9789463102551_OHV (2)

Lees verder

Daar, op die paletten, met die kinderen om mij heen: daar en dan werd ik schrijver

Deze column verscheen eergisteren op DeMorgen.be

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: doef.

 Er zijn woorden die niets aanrichten wanneer ze in je gehoorgang arriveren. Ze gaan, letterlijk haast, het ene oor in en het andere weer uit. Flesje. Water. Toetsenbord. Deadline. Column. Vrijdag.

Andere woorden nestelen zich in je gehoorgang om daar nog lang te blijven nazinderen. Ze klauteren richting je brein, waar ze een herinnering lospeuteren waarvan je niet eens wist dat je ze nog had. Lees verder

Wil je mijn hangende spits zijn, Jan Mulder?

Vier jaar geleden schreef ik voor De Morgen deze column, tijdens het WK van 2014. Tijd om ‘m nog eens boven te halen, want nog altijd grote fan van Jan Mulder, die ons voor dit WK zijn analyses brengt in Villa Sporza, met Karl Vannieuwkerke. 

Wezelwoorden! Sinds ik de term vorige week lanceerde in een column voor deze krant, is hij aan een steile opmars bezig. Gisteren mocht ik op Radio 1 het wollige taalgebruik van politici toelichten, maar zij zijn natuurlijk niet de enigen die met uitspraken als “het is niet onaannemelijk” zelfs de meest banale bewering een aura van diepzinnigheid pogen te geven. Zijn wezelwoorden, zo vroeg Jan Hautekiet me, ook niet alomtegenwoordig in de voetbalanalyses die we voor en na elke WK-wedstrijd op ons bord krijgen? Lees verder

Elke laatste vrijdagavond van de maand ‘Hallo Hautekiet’. Alstemblieft, Jan?

Deze column verscheen afgelopen vrijdag op DeMorgen.be

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week, per hoge uitzondering, een eigennaam: Hautekiet!

Welk woord had ik vandaag anders tot #WoordVanDeWeek kunnen uitroepen dan eentje dat tegelijk een eigennaam is? Wie anders komt nog meer lof toe dan hem de voorbije weken al werd toegewuifd? Van wie nemen we precies vandaag met droefenis afscheid maar hopen we stiekem dat hij zijn microfoon zodanig zal missen dat zijn stemgeluid spoedig weer in de ether zal weerklinken? Natuurlijk, absoluut, en driewerf ja: Hautekiet Jan! Lees verder

Zuckerberg lijkt de onbewogen kapitein van een dataduikboot

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be 

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: Facebuk.

Is Mark Zuckerberg echt? Zijn mimiek en gedragingen, houterig en deels onwerelds, lijken die van een wassen pop. Als Steve Jobs en Bill Gates de topnerds van de digitale revolutie zijn, dan is Mark Zuckerberg – om Kamagurka ten tijde van ‘Wally in Space’ te parafraseren – die ‘andere Oïde’: een geboetseerde versie van een reëel persoon. Een namaakmens. Lees verder

De verse zondagssoep van mijn moeder

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: moeder.

 Eind april las ik een tweet van de Nederlandse schrijfster Connie Palmen over de dood van haar moeder. Ze schreef: ‘Afgelopen donderdag hebben we onze moeder begraven, de enige, de liefste.’

De woorden ‘de enige, de liefste’ troffen me. Is dat niet kernachtig verwoord wat onze moeder voor ons allen is: de enige, de liefste? Lees verder

Kris Peeters, de schlemiel van de week

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be 

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: schlemiel.

Wie de voorbije week de naam Aron Berger niet heeft gehoord, heeft onder een steen geleefd. Kris Peeters vond het best wel koosjer om een orthodoxe jood op de lijst voor de Antwerpse gemeenteraadsverkiezingen te zetten, maar als een toffe gozer is Peeters niet uit het verhaal naar voren gekomen: enig onderzoek naar de achtergrond van Berger werd er kennelijk amper gedaan, en dus moest de man die intussen bekend staat als ‘de-jood-die-vrouwen-geen-hand-wil-geven’ zijn kandidatuur intrekken. Pijnlijk voor de CD&V; pijnlijk voor Aron Berger zelf, maar wat mij betreft vooral pijnlijk voor de joodse gemeenschap in Antwerpen, want alweer is er een negatieve perceptie over ‘de joden’ ontstaan, terwijl het hier om slechts één individu gaat dat de gelijkheid van man en vrouw niet bepaald hoog in het vaandel draagt, en terwijl we niet mogen vergeten wat een belangrijke bijdrage de joden vroeger en nu aan de groei en bloei van de stad Antwerpen hebben geleverd. Lees verder

Ik ren weg van al die eeuwig vrolijke mensen op sociale media

#WoordVanDeWeek: cherofobie

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

 Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: cherofobie.

Een #WoordVanDeWeek vinden: het is niet altijd eenvoudig. Soms is de deadline angstwekkend dichtbij en weet mijn omgeving dat wanneer ik onrustig in het rond loop ze me beter met rust laten, en me vooral niet moeten vexeren met de vraag ‘of ik al een woord heb voor vrijdag’, want groot is de kans dat ik dan ondraaglijk gramstorig word. Lees verder

Nergens is de Vlaamse taal mooier dan in ons wielerjargon

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be 

 Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: windklievers.

 Weinig periodes waarvan ik zoveel hou als het voorjaar. Niet per se omdat de zon op dat moment weer gaat schijnen – dat ook, al valt dat nu nogal tegen – maar omdat dan de voorjaarsklassiekers worden verreden.

‘Verreden’. Inderdaad. Het is een woord dat nog weinig wordt gebruikt, maar van een koers hoor je te zeggen dat hij ‘verreden’ in plaats van ‘gereden’ wordt. De ‘ver-‘ geeft extra lading en zwaarte aan het woord, en net daarom past het bij een sport die zo lastig is dat sommige renners na afloop van een koers alleen nog maar op de grond kunnen vallen, om een minuut later toch weer op te staan en, happend naar adem, een interview te geven. Lees verder

Waarom Yves Lampaert de nieuwe Briek Schotte is

29543300_1852294911455497_4302401661314301361_n

‘Ik kijk nu al uit naar het interview’, zei (co-)commentator Karl Vannieuwkerke toen Yves Lampaert woensdag als eerste over de streep van Dwars door Vlaanderen reed. Vannieuwkerke verwoordde daarmee meteen een verlangen van velen die thuis op de bank naar de koers zaten te kijken: de eerste mens die me zegt dat hij er niet van geniet om Yves Lampaert te horen praten, moet ik nog tegen het lijf lopen. Het is meteen een deel van de verklaring waarom Lampaert in sneltempo zo populair is geworden bij het grote wielerpubliek: niet alleen kan hij wreed goed met de benen stampen, maar heeft hij ook een naturel en authenticiteit waarmee hij het hart van een hele wielerminnende natie heeft weten te winnen. Lees verder

Heeft u al de zee als antidepressivum gebruikt?

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: heimzee.

Het mooiste woord dat ik deze week las, was ‘heimzee’, een woordspeling van ‘heimwee’ en ‘zee’,  in een Facebookpost van radiopresentatrice Heidi Lenaerts. Het mag wat mij betreft meteen in het woordenboek. Lenaerts is verliefd op de zee en op Oostende. Ze verblijft er vaak met man en kinderen, niet alleen om de redenen die ons haast collectief van de zee doen houden, maar omdat haar reumapijn er minder fel de kop opsteekt. Lees verder

De doodssprong die er geen zou mogen zijn

Deze column verscheen afgelopen vrijdag op DeMorgen.be 

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: adieu.

 ‘Adieu’. Het waren volgens een ooggetuige de laatste woorden van Marie (87) en Emmanuel (86) toen ze zondagmiddag hand in hand van de negende verdieping van een appartementsgebouw in De Panne sprongen. Hulp kon niet meer baten.

Hulp, dat wilde het bejaarde echtpaar ook niet meer. Hun wanhoopsdaad was een uitdrukkelijk ‘nee’ tegen het leven dat ze sinds kort noodgedwongen moesten leiden.

Jaren geleden hadden ze het binnenland voor de kust verruild. Van het groen van Brasschaat trokken ze naar het blauw van de zee. Ze verloren er hun hart en vestigden zich definitief in hun appartement in Residentie Amadeus. Maar eind vorig jaar begon het zelfstandige leven zwaar te worden. Hun huisarts zei dat alleen wonen niet langer een optie was. Volgens sommige buren hadden Marie en Emmanuel vaak hulp nodig, omdat een van hen onwel was geworden of zwaar was gevallen. Daarom zou de familie hen in een rusthuis geplaatst hebben.

Hun situatie daar vonden ze uitzichtloos. Regelmatig nog keerden ze terug naar hun appartement, waar ze ooit zo gelukkig waren. Misschien hadden ze er zicht op zee. Misschien kon de weidsheid daarvan hen even doen vergeten dat ze alleen nog in gisteren en niet langer in morgen geloofden. Maar zeer zeker zal die terugkeer naar hun oude thuis het mes nog dieper in de wonde hebben geduwd. Toch begrijp ik hen: hun verhuis had hen gebroken, en vertoeven in de herinneringen van weleer kon hun gebroken hart weer even lijmen.

Ik probeer me voor te stellen hoe ze elkaar zondag na het middageten in de ogen keken en zonder woorden wisten dat het tijd was. Hoe ze hun schoenen en jas aantrokken en de deur een laatste keer achter zich dichttrokken (zij of hij?). Klaar voor een laatste wandeling naar Residentie Vroeger. Klaar voor een laatste keer zeelucht in hun longen. Klaar voor een laatste blik op de golven – daar, op die negende verdieping, waar zelfs Engeland aan hun voeten lag.

Maar het leven deed dat niet meer. Hoe ten einde raad moeten die twee mensen niet geweest zijn dat ze zoveel moed bij elkaar konden schrapen om hun stramme lijf en leden tot op de hoogste verdieping van hun appartementsgebouw te bewegen? Zal een van hen nog geaarzeld hebben? Zullen ze hebben afgesproken wie het eerst sprong en zo de ander zou meenemen? Of zal een een kneepje in elkaars hand het signaal geweest zijn om de laatste voet vooruit te zetten?

Hun ‘adieu’ laat me niet los. Ik hoor hun laatste woord wegwaaien met de zeewind, maar toch blijft het hangen. Het is een adieu die ons aller adieu kan zijn. Een adieu aan een leven waar iedereen voor vreest: in een rusthuis, op een plek waar we niet kunnen aarden, waar we misschien met verkleinwoorden worden aangesproken, waar de ramen te klein zijn en de maaltijden voorspelbaar. Emmanuel en Marie hadden nog elkaar. Toch wisten ze dat een van hen ooit zou achterblijven, en dan nog op die plek waar ze nooit van zouden kunnen houden.

Hun adieu heeft maar één keer weerklonken, maar in mijn hoofd hoor ik al de hele week de echo. Het is een echo die me vertelt dat we mensen de levensmoe zijn het recht op waardig sterven moeten geven. “Een voltooid leven kan nooit een reden zijn voor euthanasie.” Dat zei het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek in een nieuw advies eind vorig jaar. “‘Als de federale parlementsleden het belangrijk vinden om tegemoet te komen aan de vraag van gezonde burgers om hun leven te beëindigen, dan zullen ze daartoe een andere wet in het leven moeten roepen.”

Ik hoop dat ze dat doen. Als je vindt dat het genoeg geweest is, moet je het recht hebben je leven voltooid te noemen en die woorden ook in daden om te zetten. Niemand, niemand, niemand zou ervoor een lift naar de negende verdieping moeten nemen.

Het leven is vurrukkulluk

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: vurrukkulluk.

Ik was veertien en had nog maar een paar weken een volwassenenkaart voor de bibliotheek van mijn thuisstad. Lang had ik daarop gewacht, want de boeken voor jongeren, die zich op de bovenverdieping bevonden, had ik waarschijnlijk allemaal gelezen. Lees verder

Noemt u mij voortaan gerust ‘woordenvoeder’

Deze column verscheen vrijdag op DeMorgen.be

lke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week zijn dat er maar liefst vijf: bloemenhoeren, gevoelsaanstellerij, spaarlampgeneratie, induffelen en woordenvoeder.

Soms is het een heuse zoektocht om een geschikt #WoordvandeWeek te vinden, maar de voorbije dagen werd het me wel erg gemakkelijk gemaakt: maar liefst vijf woorden verdienen voor mij een plaats op het hoogste schavotje. Lees verder

Morgen terug naar de good old Blandijnberg

En of ik goeie herinneringen heb aan ‘de Blandijn’, en aan mijn studententijd. Teletijdmachine, wo bestu bleven?

Ter gelegenheid van 200 jaar UGent organiseert mijn universiteit een lezingencarrousel van auteurs die ooit hun rok of broek versleten aan de Blandijnberg. Morgen zijn Guido Van Heulendonk en ikzelf aan de beurt.

Toegang gratis. Meer info: https://www.ugent.be/nl/agenda/1503412674815

Zonder seks kunnen we leven, maar een te grote huidhonger doet ons wegkwijnen

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

 Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: huidhonger.

 Het lijkt wel een beetje zoals met Sinterklaas en kerstmis: elk jaar wordt het erger. Ik heb het over de commercie rond Valentijn, die ons ook nu weer overspoelde nog voor februari goed en wel begonnen was. Rozen, taarten in hartvorm en dure etentjes in een restaurant vol zeemzoeterige knuffelrockmuziek. Lees verder

Waarom zit alcohol nog altijd in een joepiesfeertje?

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be 

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: alcohol.

Als ik de woorden ‘Tournée Minérale’ hoor, denk ik vaak aan hem. Aan de jongeman uit mijn stad die ik het voorbije jaar vaak zo dronken over straat zag waggelen dat ik bang was dat hij ter plekke zou neervallen. Soms – zoals alcohol dat met mensen als geen ander kan – werd hij overmoedig en reed hij op zijn fiets naar huis. Eén keer knalde hij me bijna omver. Ik riep, maar hij leek afgesloten van de wereld – zoals alcohol dat met mensen ook als geen ander kan. Lees verder

‘Had u niet graag tien postzegels gewenst?’

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: ijspegel. Lees verder

Met woorden zal ik mezelf weer aan mekaar lijmen

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: voornemen

Geen woord dat tijdens de eerste week van januari zo vaak wordt uitgesproken als dit: voornemen.

Mensen nemen zich aan het begin van een onbeschreven jaar vanalles voor. Stoppen met roken. Beginnen met sporten. Ze kijken terug op 365 dagen waarin ze daar niet of niet voldoende in zijn geslaagd. Omdat 1 januari ons collectief het gevoel heeft dat we gratis en voor niets een schone lei in handen krijgen, schrijven we er in ons sierlijkste handschrift maar wat graag ‘voornemens’ op. Het is een woord als een mild stuk zeep waarmee je na een lange fietstocht het zweet van je lijf wast. Lees verder

Laat met de sneeuw ook uw sneeuwsnoet niet wegsmelten

#WoordVanDeWeek: sneeuwsnoet

25346632_10155892348204344_992034764_o (1).png

Deze column verscheen gisteren op DeMorgen.be

Elke week kiest onze taalcolumniste Ann De Craemer het #WoordVanDeWeek. Dat kan een actueel woord zijn, een hip nieuw woord, een woord dat een snaar raakt, een totaal vergeten woord of een woord dat allang had moeten bestaan. Deze week: sneeuwsnoet.

Bijna iedereen heeft erover geschreven. Over de sneeuw die twee dagen lang het land stillegde. Bijna iedereen heeft er foto’s over gepost. Over het tapijt dat tuinen toedekte en landschappen ijzingwekkend mooi maakte.

Waarom zou ik er dan nog iets over zeggen? Omdat het moet. Omdat ik maandag de mooiste dag van het jaar vond. Omdat het een dag was waarop stilte en traagheid konden zegevieren in een maatschappij die anders uitblinkt in lawaai en jachtigheid. Lees verder